NL

Rosa de Winter - Levy

Rosa de Winter-Levy zat in hetzelfde transport als de familie Frank naar Auschwitz-Birkenau. Ze raakte goed bevriend met Edith Frank en was getuige van haar overlijden.

Rosa Levy (Roosje/Ro) werd op 9 juni 1905 geboren in Gelsenkirchen, Duitsland. Op 7 september 1927 trouwde ze in Wisch met Emanuel de Winter (1889-1944).[1] Samen kregen ze op 27 oktober 1928 een dochter Judik.[2] Het gezin woonde op de Coehoornsingel 10 in Zutphen.[3]

Eind maart 1943 was het voor Joden verboden om nog in de provincie Gelderland te wonen. Zij werden allemaal opgeroepen zich te melden in kamp Vught.[4] Rosa de Winter dook daarom begin april met haar man en dochter onder bij een boerenfamilie in de Achterhoek. Een jaar later werd het gezin De Winter op 16 juli 1944 ontdekt en gearresteerd.[5] Na een verhoor in Velp, werden ze overgebracht naar het Huis van Bewaring in Arnhem. Op 22 juli 1944 werden ze op transport gesteld naar doorgangskamp Westerbork.[6] Daar kwamen ze net als de acht onderduikers uit het Achterhuis in Strafbarak 67 terecht. Rosa werd tewerkgesteld bij de batterijensloop.[7]

Auschwitz-Birkenau

Op 3 september 1944 werd Rosa samen met haar man en dochter naar concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz gedeporteerd.[8] Na aankomst in Auschwitz op 6 september werden de mannen en vrouwen van elkaar gescheiden en volgden er selecties. Rosa en haar dochter werden geselecteerd voor dwangarbeid, maar haar man Emanuel werd diezelfde dag nog vermoord in een van de gaskamers.[9] Na de selectie werd Rosa geregistreerd en kreeg ze het nummer A25250 op haar arm getatoeëerd.[10] Net als Anne, Margot en Edith kwam Rosa met haar dochter na de selectie en registratie in barak 29 van Auschwitz-Birkenau terecht.[11]

In Auschwitz overleefde Rosa verschillende selecties voor de gaskamer. Ook haar dochter kwam door de selecties, maar werd op 26 oktober 1944 geselecteerd voor deportatie naar Kratzau waar ze dwangarbeid moest verrichten. Anne en Margot werden een paar dagen later geselecteerd voor deportatie naar Bergen-Belsen, waardoor zowel Rosa als Edith zonder hun dochters in Auschwitz achterbleven.[12] Rosa schreef daarover later: ‘Wij troosten elkaar en worden vriendinnen.’[13]

Door de slechte omstandigheden in het kamp, de mishandelingen, het gebrek aan voedsel en de ziektes die rondgingen, raakten Rosa en Edith ernstig verzwakt. Het duurde dan ook niet lang voordat Edith door Rosa naar de ziekenbarak werd gebracht. Enige tijd later werd ook zijzelf ernstig ziek en kwam ze Edith weer tegen in de ziekenbarak. Rosa schreef: ‘Op een morgen komen nieuwe patiënten binnen. Ineens herken ik Edith, zij komt uit een andere ziekenafdeling. Zij is nog maar een schim. Enkele dagen nadien sterft zij, totaal uitgeput.[14] Rosa zelf wist Auschwitz ternauwernood te overleven. Op 27 januari 1945 werd het kamp bevrijd door het Sovjetleger.[15]

Na de oorlog

Op de terugreis naar Nederland ontmoette Rosa in Katowice Otto Frank. Uit het notitieboekje van Otto Frank blijkt dat zij hem op 22 maart 1945 vertelde dat Edith gestorven was: ‘22. Mevr. De Winter, Zutphen. Bericht overlijden van Edith op 6. Jan. 45 in het ziekenhuis uit zwakte zonder te lijden.’[16] Ze maakte dezelfde repatriëringsreis als Otto Frank en vertrok op 21 mei 1945 met de Monowai van Odessa naar Marseille, waar ze op 27 mei 1945 aankwam.[17] Na een terugreis van drie maanden kwam Rosa op 31 mei 1945 in Roermond aan. Daar werd ze herenigd met haar dochter.[18]

In september 1945 publiceerde ze als een van de eerste haar kampervaringen in het boek Aan de gaskamer ontsnapt! Het satanswerk van de S.S.: relaas van het lijden in en de bevrijding uit het concentratiekamp "Birkenau" bij Auschwitz. Hierin schreef ze onder meer over haar vriendschap met Edith Frank, hoe hun dochters op transport moesten en hoe Edith uiteindelijk overleed.

In 1964 was ze een van de getuigen in het Tweede Auschwitzproces in Frankfurt am Main.[19] Op 16 oktober 1985 overleed Rosa op tachtigjarige leeftijd.[20] Ze bleef haar hele leven bevriend met Otto Frank.[21]

Bron persoonsgegevens.[20] Adressen: Coehoornsingel 10, Zutphen.[3]

Footnotes

  1. ^ De gemeente Wisch (Gelderland) is sinds 2005 de gemeente Oude IJsselstreek. ‘Huwelijk Rosa Levy en Emanuel de Winter, 07-09-1927’, Gelders Archief, Arnhem, toegangsnr. 0207A, inv. 12554-05, aktenr. 62.
  2. ^ Mensenlinq: Overlijdensbericht Judy Salomon-de Winter.
  3. a, b Stoplerstein Zuthpen: Emanuel de Winter; Arolsen Archives - International Center on Nazi Persecution, Bad Arolsen, Kaart Emanuel de Winter.
  4. ^ Op 29 maart 1943 verscheen een besluit van Hanns Albin Rauter in de krant: ‘Met ingang van 10 april 1943 is aan Joden het verblijf in de provincies Friesland, Drenthe, Groningen, Overijssel, Gelderland, Limburg, Noord-Brabant en Zeeland verboden. Joden die zich op het ogenblik in de genoemde provincies ophouden, moeten zich naar het kamp te Vught begeven.’ Zie verder: Website Anne Frank Stichting - Tijdlijn: Rauter wil alle Joden weg uit de provincies.
  5. ^ Rosa de Winter-Levy, Aan de gaskamer ontsnapt! Het satanswerk van de S.S.: relaas van het lijden in en de bevrijding uit het concentratiekamp "Birkenau" bij Auschwitz, Doetinchem: Misset, 1945, p. 6-7. Raadpleegbaar op Het Geheugen van Nederland.
  6. ^ De Winter-Levy, Aan de gaskamer ontsnapt!, p. 7-8; Arolsen Archives, Kaart Rosa de Winter – Levy.
  7. ^ De Winter-Levy, Aan de gaskamer ontsnapt!, p. 9-10; Arolsen Archives, Kaart Rosa de Winter – Levy..
  8. ^ De Winter-Levy, Aan de gaskamer ontsnapt!, p, 9-10; Arolsen Archives, Kaart Emanuel de Winter & Kaart Judik de Winter)
  9. ^ Joods Monument: Emanuel de Winter; De Winter-Levy, Aan de gaskamer ontsnapt!, p.12.
  10. ^ De Winter-Levy, Aan de gaskamer ontsnapt!, p.1 3.
  11. ^ Bas von Benda-Beckmann, Na het Achterhuis. Anne Frank en de andere onderduikers in de kampen, Amsterdam: Querido, 2020, p. 196.
  12. ^ Von Benda-Beckmann, Na het Achterhuis, p. 208-209.
  13. ^ De Winter-Levy, Aan de gaskamer ontsnapt!, p. 24.
  14. ^ De Winter-Levy, Aan de gaskamer ontsnapt!, p.29.
  15. ^ Von Benda Beckmann, Na het Achterhuis, p. 215.
  16. ^ Anne Frank Stichting (AFS), Anne Frank Collectie (AFC), Otto Frank Archief (OFA), reg. code OFA_040: Notitieboekje 1945, 22 maart.
  17. ^ AFS, AFC, reg. code A_OFrank_I_001: 18 lijsten opgemaakt door Centraal Registratie Bureau voor Joden met namen van Joodse overlevenden, 1945, lijst no. 3, lijst van Joden, via Odessa in Marseille aangekomen.
  18. ^ De Winter-Levy Aan de gaskamer ontsnapt!, p. 44.
  19. ^ ‘Rosa de Winter-Levie gaat in Auschwitz-proces getuigen’ in: Brabants Dagblad, 24 april 1964; ‘Samen met de Franks op transport. Mevr. de Winter-Levy: Nederlandse getuige’ in: De Gelderlander, 23 april 1964.
  20. a, b Geni: Overlijdensbericht Roosje de Winter-Levy.
  21. ^ ‘Samen met de Franks op transport. Mevr. de Winter-Levy: Nederlandse getuige’ in: De Gelderlander, 23 april 1964.
 
 
 

Digitale Bestanden (1)

Judik en Rosa de Winter, augustus 1946