NL

Johannes van Angeren

Johannes van Angeren was eind jaren dertig topambtenaar van justitie en tijdens de oorlog ruim twee jaar minister.

Johannes van Angeren was eind jaren dertig secretaris-generaal van het ministerie van Justitie. In die functie heeft hij het de nationaal-socialisten in Nederland zeer moeilijk gemaakt, en bovendien werden onder zijn leiding veel gevallen van spionage hard aangepakt. Daarom was hij in de meidagen van 1940 een van de weinige topambtenaren die met het kabinet naar Londen uitweken. Daar was hij van februari 1942 tot juli 1944 minister van justitie. Terug in Nederland is hij opnieuw secretaris-generaal.[1]

Op 6 februari 1948 stuurde Otto Frank hem een exemplaar van Het Achterhuis, onder meer omdat Van Angeren Kugler, die tien jaar bij zijn broer had gewerkt, persoonlijk kende.[2] Twee dagen later schreef Van Angeren een bedankbrief, waarin hij zei: Van barbaarsheid naar beschaving, daarom is een weg van eeuwen afgelegd, van beschaving terug naar barbaarsheid ce n'est qu'un pas.[3]

Bron persoonsgegevens.[4] Adressen: Van Imhoffstraat 35, Den Haag (1923).[4]

Noten

  1. ^ C. Fasseur, 'Angeren, Johannes Regnerus Maria van (1894-1959)', in Biografisch Woordenboek van Nederland.
  2. ^ Anne Frank Stichting (AFS), Anne Frank Collectie (AFC), Otto Frank Archief (OFA), reg. code OFA_100: Otto Frank aan J.R.M. van Angeren, 6 februari 1948.
  3. ^ AFS, AFC, reg. code OFA OFA_100: J.R.M. van Angeren aan Otto Frank, 8 februari 1948.
  4. a, b Parlement.com: J.R.M. (Jan) van Angeren.