NL

Edith en Anne Frank

Edith in relatie tot Anne Frank.

Edith Frank hield na geboorte van haar jongste dochter een baby-fotoboek bij, waarin ze van alles over Annes gezondheid, eetlust en groei noteerde. Dit bleef ze doen tot 3 september 1929. Daarna fungeerde het boek alleen nog als fotoalbum.[1]

Toen Anne in de puberteit kwam, werd de relatie tussen moeder en dochter moeizaam; volgens Annes dagboekaantekeningen zelfs ronduit slecht.[2] Otto Frank zei later in een interview, dat Edith hier meer onder heeft geleden dan Anne en dat hij zich er zorgen over rmaakte dat zijn vrouw en Anne geen goede onderlinge verstandhouding hadden.[3] Miep Gies merkte in de onderduikperiode de wrijving tussen Edith en Anne op, doordat Edith er merkbaar verdriet van had.[4] Er zijn geen bronnen die Ediths visie hierop weergeven.

Hoe Anne over haar moeder dacht, komt vooral in haar dagboekaantekeningen naar voren en levert daardoor een subjectief beeld op. Hoewel er veel wrijving tussen moeder en dochter bestond, komt Edith er niet altijd slecht af en gaf Anne soms ook blijk van bewondering. Als ze in een verhaaltje haar huisgenoten typeert, schrijft ze over haar moeder: 'Bij litératuur-gesprekken kan men er wat van leren.'[5] Ook in haar dagboek is ze wel positief over haar moeder: 'Mag ik je voorstellen: Mama Frank, voorvechtster der kinderen!'[6] Verder heeft ook Otto Frank zich over dit onderwerp uitgelaten.

Annes dagboekaantekeningen:

  • ''Ik noem haar vaak Mansa en daarvan komt Mans. Het is als het ware, de onvolkomen mams, die ik zo graag met nog een pootje aan de n zou vereren, maar die dit niet beseft. Het is gelukkig dat Mans, het niet beseft, want zij zou zich er ongelukkig over maken.'[7]
  • 'Moeder voelt wel, dat Margot veel meer van haar houdt dan ik, maar zij denkt dat dit in periode's zo is!'[8]
  • 'Beneden kunnen ze gelukkig niets van m'n innerlijke gevoelens merken, behalve dat ik met de dag koeler en minachtender tegenover Moeder sta, (Vader minder liefkoos en ook tegenover Margot niets meer loslaat, ik ben potdicht.)'[9]
  • 'Behalve dat Margot en ik onze ouders een beetje moe worden. Je moet me niet verkeerd opvatten, ik houd nog net zoveel van Vader en Margot van Vader en Moeder (...).'[10]
  • 'Moeder is tegen me en ik tegen haar, Vader sluit voor de stille strijd tussen moeder en mij z'n ogen. Moeder is verdrietig daar zij nog van mij houdt, ik ben helemaal niet verdrietig, daar zij voor mij afgedaan heeft.'[11]

Andere bronnen:

  • 'Natuurlijk maakte ik (=Otto Frank) mij er zorgen over dat mijn vrouw en Anne geen goede onderlinge verstandhouding hadden. In werkelijkheid was zij een uitstekende moeder, voor wie de kinderen boven alles gingen. Ze klaagde er vaak over dat Anne op alles, wat ze ook deed, tégen was, maar het troostte haar te weten dat Anne mij in vertrouwen nam. Het was voor mij vaak moeilijk om tussen Anne en haar moeder te bemiddelen. Ik wilde enerzijds mijn vrouw niet kwetsen, maar het was ook vaak niet eenvoudig Anne terecht te wijzen als ze brutaal en ongemanierd was tegen haar moeder. Na zo’n scène wachtte ik meestal even, nam Anne dan apart en praatte daarna met haar als met een volwassene.'[12]
  • 'Ik was heel bedroefd te lezen hoe hard Anne soms over haar moeder schreef. In haar woede over een of andere onenigheid, liet ze haar gevoelens zonder enige terughouding de vrije loop. Het deed me pijn te zien hoe vaak Anne de bedoelingen van haar moeder verkeerd had beoordeeld. In elk geval was het een opluchting voor me om in latere notities te lezen dat Anne inzag dat het ook aan haar had gelegen, dat zij en haar moeder elkaar zo vaak niet konden verdragen.'[12]
  • Van kampgenote Rosa de Winter hoort Otto Frank hoe de verstandhouding tussen Edith en haar dochters in Auschwitz is geweest: 'Op de terugweg ontmoette ik een medegevangene van mijn vrouw, die mij vertelde dat zij in januari van uitputting en ondervoeding was gestorven. Ze vertelde mij ook dat Margot, Anne en hun moeder al die tijd nauw bij elkaar betrokken waren gebleven en elkaar hadden bijgestaan en dat het altijd Anne was geweest die de twee anderen bemoedigd had.'[12]

Kampgenote Bloeme Evers-Emden merkte over de tijd in Auschwitz-Birkenau op: 'Ze waren altijd gedrieën, moeder en dochters.'[13]

Noten

  1. ^ Anne Frank Stichting (AFS), Anne Frank Collectie (AFC), reg. code A_AFrank_III_027.
  2. ^ Zie bijvoorbeeld: Anne Frank, Dagboek A, 24 december 1943, 12 januari, 16-18 maart 1944, in: Verzameld werk, Amsterdam: Prometheus, 2013.
  3. ^ AFS, AFC, reg. code OFA_070: Bitte schreiben Sie mir etwas über Anne Frank, p. 5.
  4. ^ AFS, AFC, Otto Frank Archief (OFA), reg. code OFA_078: Verklaring Miep Gies, 28 maart 1951.
  5. ^ Anne Frank, Verhaaltjes en gebeurtenissen uit het Achterhuis, "Het Achterhuis van acht aan tafel”, 5 augustus 1943, in: Verzameld werk, Amsterdam: Prometheus, 2013.
  6. ^ Anne Frank, Dagboek B, 12 maart 1944, in: Verzameld werk.
  7. ^ Anne Frank, Dagboek A, 24 december 1943, in: Verzameld werk.
  8. ^ Anne Frank, Dagboek A, 12 januari 1944, in: Verzameld werk.
  9. ^ Anne Frank, Dagboek A, 16 maart 1944, in: Verzameld werk.
  10. ^ Anne Frank, Dagboek A, 17 maart 1944, in: Verzameld werk.
  11. ^ Anne Frank, Dagboek A, 28 maart 1944, in: Verzameld werk.
  12. a, b, c AFS, AFC, reg. code OFA_070: Bitte schreiben Sie mir etwas über Anne Frank (Nederlandse vertaling door Ingeborg Lesener).
  13. ^ Willy Lindwer, De laatste zeven maanden. Vrouwen in het spoor van Anne Frank, Hilversum: Gooi & Sticht, 1988, p. 143.