Eleanor Roosevelt
Eleanor Roosevelt schreef het voorwoord voor de Amerikaanse vertaling van Het Achterhuis.
Eleanor Roosevelt was een Amerikaanse politicus en activist. Van 1933 tot 1945 diende ze als first lady van de Verenigde Staten, tijdens het presidentschap van haar man Franklin D. Roosevelt. Ze zette zich onder meer in voor burgerrechten van minderheidsgroepen en trad op als belangenbehartiger voor oorlogsvluchtelingen tijdens de Tweede Wereldoorlog. In 1946 werd ze gekozen als de eerste voorzitter van de Mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties. In deze functie gaf ze leiding aan het opstellen van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.[1]
Betrokkenheid bij de Amerikaanse uitgave van het dagboek
Vanwege dit profiel werd Eleanor Roosevelt door de uitgeverij Doubleday & Co. benaderd met de vraag om een voorwoord te schrijven voor The Diary of a Young Girl, de Amerikaanse uitgave van de Engelse vertaling van Het Achterhuis. Dit op aanraden van Otto Frank, die haar waarschijnlijk had ontmoet via zijn vrienden Nathan en Helen Straus.[2]
Tussen december 1935 en september 1962 schreef Eleanor Roosevelt dagelijks een column, getiteld My Day.[3] Nadat ze het dagboek van Anne Frank had gelezen, begon ze haar column op 22 april 1952 met een korte aanbeveling:
‘Ik denk dat het goed is voor ons, die zoveel vergeten zijn van die periode, om er nu over te lezen, alleen al om onszelf eraan te herinneren dat we zulke dingen zo mogelijk nooit meer willen meemaken. [...] Dit dagboek zou ons allen de wijsheid moeten bijbrengen om elke vorm van totalitarisme te voorkomen die tot dit soort onderdrukking en lijden zou kunnen leiden.’[4]
De eerste druk van de Amerikaanse uitgave, met daarin het voorwoord van Eleanor Roosevelt, verscheen anderhalve maand later op 12 juni 1952. Ze begint met:
‘Dit is een uitzonderlijk boek. Geschreven door een jong meisje - en jongeren zijn niet bang om de waarheid te vertellen - is het een van de meest wijze en ontroerende commentaren op oorlog en de impact ervan op mensen die ik ooit heb gelezen.'[5]
De tekst kwam waarschijnlijk tot stand met hulp van Barbara Zimmerman, de redacteur namens de uitgever.[6] Mogelijk is het voorwoord geheel door haar geschreven en ondertekend door Eleanor Roosevelt.[7]
Conflict rondom toneelstuk
Op 15 oktober 1955 besteedde Eleanor Roosevelt opnieuw aandacht aan het verhaal van Anne Frank in haar column. Dit nadat ze eerder die week een voorstelling van het toneelstuk The Diary of Anne Frank had bijgewoond. Ze schrijft lovend over het stuk en de acteurs.[8]
Ze raakte betrokken in een langlopend conflict tussen Otto Frank en Meyer Levin, die een eerste versie voor een toneelstuk had geschreven, maar was afgewezen door de producent.[9] Meyer Levin spande in 1955 een rechtszaak aan en zocht herhaaldelijk de pers op.[10] In 1957 overtuigde hij Eleanor Roosevelt om een kritische brief aan Otto te sturen.[11] Otto was hier erg door ontdaan en vroeg zijn vriend Nathan Straus Jr. te bemiddelen.[12] Deze stuurde daarop een uitgebreide brief naar Eleanor Roosevelt waarin hij haar verzocht Otto een geruststellende boodschap te schrijven.[13] Op 22 april 1957 schreef ze hem een brief waarin ze haar excuses aanbood.[14]
Fondsenwerving
In de jaren vijftig dreigde het pand op Prinsengracht 263, inclusief het Achterhuis, gesloopt te worden. Otto richtte in 1957 in Amsterdamde de Anne Frank Stichting op om dit te voorkomen. Om ook in de Verenigde Staten fondsen te werven voor dit doel werd op 7 oktober 1958 in New York een Amerikaanse Anne Frank Foundation gesticht.[15] Eleanor Roosevelt was betrokken bij de oprichting en vervulde binnen het bestuur de rol van erevoorzitter.[16] Om ook fondsen te werven voor het aan de Anne Frank Stichting verbonden International Youth Center in Amsterdam, richtte de Amerikaanse foundation op 9 maart 1959 de American Committee for the International Anne Frank Youth Center op.[17] Eleanor Roosevelt benaderde de Amerikaanse oud-presidenten Herbert Hoover en Harry Truman om erevoorzitters te worden van deze nieuwe commissie, maar uiteindelijk nam zij zelf deze rol op zich.[15]
Eleanor Roosevelt overleed op 7 november 1962 op 78-jarige leeftijd. Otto stuurde op 21 november 1962 een condoleancebrief aan haar familie.[18]
Bron persoonsgegevens.[1]
Noten
- a, b Wikipedia: Eleanor Roosevelt.
- ^ Anne Frank Stichting (AFS), Anne Frank Collectie (AFC), Otto Frank Archief (OFA), reg. code OFA_154.6: brief van Francis Price aan Otto Frank, 24 april 1951.
- ^ Wikipedia: 'My Day'.
- ^ Origineel citaat: ‘I think it is well for us who have forgotten so much of that period to read about it now, just to remind ourselves that we never want to go through such things again if possible. […] This diary should teach us all the wisdom of preventing any kind of totalitarianism that could lead to oppression and suffering of this kind.’ Eleanor Roosevelt, ‘My Day, April 22, 1952’, in: The Eleanor Roosevelt Papers Digital Edition, 2017.
- ^ Origineel citaat: ‘This is a remarkable book. Written by a young girl – and the young are not afraid of telling the truth – it is one of the wisest and most moving commentaries on war and its impact on human beings that I have ever read.’, Eleanor Roosevelt, in: Anne Frank, The Diary of a Young Girl. An Extraordinary Document of Adolescence, vertaald vanuit het Nederlands door Barbara Mooyaart-Doubleday, Garden City, New York: Doubleday & Company Inc., 1952, p. 7-8.
- ^ Wikipedia: Barbara Epstein.
- ^ AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_154.6: brief van Joseph Marks aan Otto Frank, 28 juni 1972; Karen Bartlett, The diary that changed the world: the remarkable story of Otto Frank and the diary of Anne Frank, London: Biteback Publishing, 2022, p. 73-74.
- ^ Eleanor Roosevelt, ‘My Day, October 15, 1955’, in: The Eleanor Roosevelt Papers Digital Edition, 2017.
- ^ In het Otto Frank Archief bevinden zich een aantal brieven rondom de betrokkenheid van Eleanor Roosevelt in dit conflict: AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_172.16.
- ^ AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_164.1: Aanklacht Meyer Levin vs. Otto Frank en Cheryl Crawford, 5 januari 1955; AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_164.1: Aanklacht Meyer Levin vs Otto Frank en Kermit Bloomgarden, 26 februari 1956.
- ^ AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_172.16: brief van Eleanor Roosevelt aan Otto Frank, 2 april 1957.
- ^ Ibidem: brief van Otto Frank aan Nathan Straus, 14 april 1957.
- ^ Ibidem: brief van Nathan Straus aan Eleanor Roosevelt, 19 april 1957.
- ^ Idem: brief van Eleanor Roosevelt aan Otto Frank, 22 april 1957.
- a, b AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_359.1: brief van Max Grossman aan Otto Frank, 9 oktober 1958.
- ^ Ibidem: brief van Myer Mermin aan Otto Frank, 27 oktober 1958.
- ^ Ibidem: bekendmaking oprichting American Committee for the International Anne Frank Youth Center, 9 maart 1959.
- ^ AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_154.6: brief van Otto Frank aan familie van Eleanor Roosevelt, 21 november 1962.