Pim Pimentel
Pim Pimentel was een klasgenoot van Anne Frank op het Joods Lyceum.
Pim Pimentel werd in Malang, voormalig Nederlands Oost-Indië, geboren. Zijn vader Abraham (Bram) Pimentel (1877-1957) was majoor bij het KNIL, het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger.[1] Bram was een telg uit de bekende Portugees-joodse familie Pimentel en was een broer van Henriëtte Henriquez Pimentel, die tijdens de Duitse bezetting als directrice van de Joodse crèche in Amsterdam met gevaar voor eigen leven Joodse kinderen aan een onderduikadres hielp.[2]
Toen Pim twee jaar oud was, kwam het gezin naar Nederland. Pim Pimentel zat in het schooljaar 1941-1942 bij Anne Frank in klas 1L2 van het Joods Lyceum in Amsterdam.[3] Anne schrijft in haar dagboek dat hij alles deed wat niet mocht.[4] En op 24 maart 1944 schrijft ze: 'Ik heb nog niet van veel mensen gehoord dat ze me knap van uiterlijk vinden. Behalve dan van Pim Pimentel die zei dat ik er zo leuk uitzag als ik lachte'.[5] In het verhaaltje 'Weet je nog?' herinnert zij zich 'hoe Pim Pimentel in de tram tegen Rob Cohen zei, zodat Sanne Ledermann het hoorde en het mij toen later vertelde, dat Anne toch veel knapper van gezicht was dan Danka Zajde, vooral als ze lachte. Het antwoord van Rob was:"Wat heb jij toch een grote neusgaten, Pim!"'[6]
1943 was een beslissend jaar voor alle leden van familie Pimentel, ook voor het gezin van Bram. In maart 1943 werd Bram Pimentel met zijn vrouw en zoon Pim vanuit hun woning in de Nicolaes Maesstraat weggevoerd naar Westerbork. Omdat zij tot de zogenaamde Barneveldgroep van vooraanstaande Joden behoorden, kwamen in Theresienstadt terecht, waar zij werden gevrijwaard van verdere deportatie naar de vernietiginigskampen.[7] Pim verpleegde zijn doodzieke vader. Zelf kreeg hij tbc en leed honger, maar overleefde de oorlog. Bij terugkeer in Amsterdam woonden er vreemden in hun huis. Alle meubilair en de huisraad waren verdwenen.[8]
Na de oorlog koos Pim voor het leger, maar hield het als adelborst maar een jaar vol, waarna hij samen met Mitonet Rubbens, afkomstig uit uit een gegoede Brabantse familie, psychologie ging studeren aan de universiteit van Leuven.[9] Zij trouwden in 1955 en bij die gelegenheid bekeerde Pim zich tot het Rooms-Katholicisme, omdat dat hem naar eigen zeggen dichter bij zijn Spaans-Portugese wortels bracht. Hij zou ook zijn best doen om te bewijzen dat hij een rechtstreekse afstammeling was van een Joods-Portugees adellijk geslacht dat tijdens de Inquisitie in de 16de eeuw naar Nederland was gevlucht en ging door het leven als graaf Henriquez de Pimentel, hertog van Benavente en Mallorca, maar de Nederlandse Hoge Raad van Adel ging daar niet in mee.[10]
Na het huwelijk verhuisde het echtpaar naar Groningen, waar Pim werkte als psycholoog aan de Rijksuniversiteit Groningen.[11] In Groningen werden twee kinderen geboren: Pollo (filmmaker)[12] en Ida. In 1965 vertrok het gezin naar Suriname. Alhoewel Pim zich daar bijzonder thuis voelde, kwamen zij in 1968 toch terug. Zijn huwelijk hield geen stand, de kinderen bleven bij hun vader, die weer in Groningen neerstreek. Vervolgens ontmoette hij in Zwitserland een concertpianiste. Hij trouwde drie keer met haar en scheidde ook drie keer van haar.[13]
In de jaren tachtig manifesteerden zich bij hem de psychische problemen van degenen die te kampen hadden met heftige oorlogservaringen. Hij ging in therapie en werd zowel patiënt als therapeut. Hij verdiepte zich in het jodendom, maar overal waar hij woonde had hij altaartjes met rozenkransen, boeddhabeeldjes, menoras en andere relikwieën staan. Hij bezat 33 bijbeltjes.[14]
Bron persoonsgegevens.[15] Adres: Nicolaas Maesstraat 99b.[16]
Noten
- ^ Henk Dijkman & Fokko Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, Amsterdam: Amphora Books, 2020, p. 226-251.
- ^ Dijkman & Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, p. 195-225; Wikipedia: Henriëtte Pimentel; Joods Monument: Henriette Pimentel.
- ^ Dijkman & Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, p. 270-272; NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust en Genocidestudies, Amsterdam, Archief 181e (W.S.H. Elte), inv. nr. 2f: Absentenregister klas 1LII Joods Lyceum, 1 maart – 17 juli 1942; Dienke Hondius, Absent: herinneringen aan het Joods Lyceum Amsterdam 1941-1943, Amsterdam: Vassallucci, 2001, p. 270; Wikipedia: Klas van Anne Frank.
- ^ Anne Frank, Dagboek A, 16 juni 1942, in: Verzameld werk, Amsterdam: Prometheus, 2013.
- ^ Anne Frank, Dagboek A, 24 maart 1944, in: Verzameld werk.
- ^ Anne Frank, Verhaaltjes en gebeurtenissen uit het Achterhuis, "Weet je nog", in: Verzameld werk.
- ^ Dijkman & Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, p. 226-230, 237-245. Voor de Barneveldgroep, zie Wikipedia: Plan Frederiks; Joods Amsterdam: de Barveldgroep.
- ^ Peter Brusse, De koffer stond altijd in de hoek, de Volkskrant, 8 november 2008.
- ^ Dijkman & Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, p. 274-275.
- ^ Dijkman & Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, p. 275-277, 280-281.
- ^ Dijkman & Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, p. 278.
- ^ Wikipedia: Pollo de Pimentel.
- ^ Dijkman & Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, p. 278-279.
- ^ Dijkman & Weerstra, 1943: het lot van de familie Pimentel, p. 281-282.
- ^ Centraal Bureau voor Genealogie, Den Haag, Centraal archief van overledenen: Persoonskaart M.P. Pimentel.
- ^ NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust en Genocidestudies, Amsterdam, Archief 181e (W.S.H. Elte), inv. nr. 2f: Absentenregister klas 1LII Joods Lyceum, 1 maart – 17 juli 1942.