Anneliese Schütz
Anneliese Schütz gaf Duitse literatuurles aan Margot Frank en vertaalde het dagboek van Anne Frank in het Duits.
Anneliese Schütz werd geboren als Marie Anna-Liese Isaac.[1] Ze studeerde in Berlijn aan de universiteit en zette zich aan het begin van twintigste eeuw in voor het vrouwenkiesrecht in Duitsland.[2] In de jaren twintig en vroege jaren dertig werkte ze bij de hoofdredactie van een krant, die in het bezit was van haar familie.[3]
Vanwege de nazivervolgingen in Duitsland emigreerde Anneliese in 1939 naar Amsterdam.[4] Otto Frank en enkele andere Joodse families uit de buurt namen haar in dienst om wekelijks aan huis les te geven over Duitse literatuur aan hun kinderen, onder wie Margot Frank. Ze lazen en bespraken samen werken van onder andere Goethe en Schiller. Hannelore Klein (beter bekend als Laureen Nussbaum-Klein) herinnerde zich dat zij meeluisterde, terwijl haar oudere zus Susanna (Suzy) Klein de lessen volgde.[5]
Hannelore kon het goed vinden met Anneliese Schütz en stelde haar in 1941 voor om, waarschijnlijk tijdens Chanoeka, een toneelstuk op te voeren met een aantal kinderen, die net als haar te jong waren voor het literatuurclubje.[5] Ook Anne Frank en Sanne Ledermann speelden mee in het stuk Die Prinzesse mit der Nas,[6] een Joods kinderverhaal afkomstig uit het Jüdisches Jugendbuch van Emil Bernhard Cohn.[7]
Anneliese werkte vanaf 1 januari 1942 voor de Joodse Raad als lerares bij Tehuis Oosteinde,[8] een opvangtehuis en cultureel educatief centrum voor Duits-Joodse vluchtelingen in Amsterdam. Hierdoor wist ze een Sperre te krijgen, een tijdelijke vrijstelling van deportatie.[9] Ook hielp ze onderduikers aan voedsel, geld en kleding.[4]
In mei 1943 werd ze opgepakt en naar Westerbork gedeporteerd. Daar verbleef ze in barak 57 en later in barak 73. Ze was in het kamp toen de familie Frank daar in augustus 1944 aankwam, maar of ze elkaar toen hebben ontmoet is niet bekend. Op 4 september 1944 werd ze met het laatste transport vanuit Nederland naar Theresienstadt gedeporteerd,[10] een dag nadat de familie Frank op het laatste transport naar Auschwitz was gezet. Ze kwam in 1945 terug in Amsterdam en kreeg in 1952 de Nederlandse nationaliteit.[11] In deze procedure voerde ze een rechtszaak tegen de Staat, waarin de juriste Lau Mazirel haar bijstond.[12]
Anneliese was op 15 mei 1946 te gast bij de bruiloft van Bep Voskuijl en Cor van Wijk. Ze staat op een van de groepsfoto’s die op deze dag zijn genomen.[13]
Betrokkenheid bij de Duitse vertaling van het dagboek
Otto Frank benaderde Anneliese in de winter van 1945-‘46 in eerste instantie met de vraag om samen een aantal passages uit Annes dagboek in het Duits te vertalen, om deze naar familieleden te sturen, onder wie zijn moeder Alice Frank.[14] Maar vervolgens vroeg hij haar het hele dagboek te vertalen, om het te gebruiken voor een Duitstalige uitgave.[15]
Voor haar vertaling baseerde ze zich op Typescript II. Ze vertaalde het dagboek onder de titel Untergetaucht. Tagebuch einer Jugendlichen.[16] In november 1950 verscheen de uiteindelijke vertaling als Das Tagebuch der Anne Frank. Er kwam publieke kritiek op haar vertaling; ze werd verweten anti-Duitse sentimenten, die door Anne werden geuit, te hebben verwijderd of af te hebben gezwakt. Een ingezonden brief in Het Vrije Volk wees op het neutraal vertalen van een passage waarin het Duits door Anne als niet tot de cultuurtalen behorend is omschreven.[17] Ook had ze in overleg met Otto aan de regel ‘er bestaat geen grotere vijandschap op de wereld dan tussen Duitsers en Joden’, in cursief het woord ‘deze’ toegevoegd voor ‘Duitsers’. Zelf verklaarde ze later over deze vertaalkeuzes: ‘Ik heb altijd tegen mezelf gezegd dat een boek dat je in Duitsland wilt verkopen, geen scheldwoorden over de Duitsers mag bevatten.’[18] Otto Frank verdedigde de verandering door te verklaren dat ze tot de conclusie waren gekomen dat dit beter representeerde wat Anne had willen zeggen.[19]
Naast deze inhoudelijke vertaalkeuzes had ze een aantal Nederlandse woorden en uitdrukkingen verkeerd begrepen. Hierdoor waren er aardig wat fouten in haar vertaling geslopen. Zo vertaalde ze ‘dropjes’ als ‘Tropfen’ (druppels) en ‘De hele ratteplan’ als ‘Das ganze Rattennest’. Toch vond Otto haar Duitse vertaling ‘over het geheel genomen getrouw en in de geest van het origineel’.[20] Volgens Otto's vriend Werner Cahn, die hem hielp bij de publicatie van het dagboek, was de vertaling: ‘weliswaar korrekt, maar treft niet de stijl van de jonge Anne Frank’.[21]
Anneliese was goed bevriend met Lotte van Collem-Randerath, de moeder van Ilse en Martha van Collem. Volgens de twee zussen was Anneliese na de oorlog vaak bij hun moeder thuis om daar aan haar vertaling van het dagboek te werken.[22] Op 30 december 1955 verhuisde ze samen met Lotte van Collem naar Baarn, waar ze samen gingen wonen.[23]
Door een ernstig ongeluk – details zijn niet bekend – raakte ze begin 1960 gewond en haar herstel kostte veel geld. Otto Frank stuurde haar geld, ‘ein Scherflein’ ter herinnering aan hun vriendschappelijke samenwerking.[24] Anneliese beschouwde het geld – vijfhonderd gulden – niet als een gift, maar als ‘een eerste termijn’ en herinnerde Otto eraan dat hij haar zou laten delen in de opbrengsten van de Duitse uitgave van het dagboek.[25] Otto ontkende een dergelijke toezegging en wees elke verplichting van de hand.[26] Anneliese was bij de opening van het Anne Frank Huis en daar spraken ze elkaar. Ze betreurde dat Otto zich de toezegging niet herinnerde, maar vond het zinloos erover te strijden. Ze feliciteerde hem met zijn verjaardag.[27]
Een half jaar later overleed Anneliese op 27 november 1960.[28] Otto stuurde Lotte van Collem op 4 april 1961 een brief om haar te feliciteren met haar verjaardag en te condoleren met het verlies van haar vriendin. Een maand later stuurde hij haar nogmaals een brief. Otto schreef dat hij had gehoord dat zij zich gekwetst voelde, omdat hij zich beledigend over Anneliese zou hebben uitgelaten. Hij verzekerde haar dat dit niet zijn bedoeling was geweest en juist grote bewondering voor haar had.[29]
Bron persoonsgegevens.[28] Adressen: Berlijn; Zuider Amstellaan 270 II, Amsterdam; Uiterwaardenstraat 406 II (1941); Uiterwaardenstraat 406 III (1945); Uiterwaardenstraat 406 II (1947); Tintorettostraat 21hs (1954); Kettingweg 37, Baarn (1955).[1]
Noten
- a, b Stadsarchief Amsterdam (SAA), Dienst Bevolkingsregister, Archiefkaarten, toegang 30238: archiefkaart M.A.L. Isaac.
- ^ 'Was schrieb das Kind?', Der Spiegel, 31 maart 1959.
- ^ 'Anneliese Schütz overleden', Het Vrije Volk, 28 november 1960.
- a, b Kamerstuk Tweede Kamer der Staten-Generaal, 1951-1952, kamerstuknummer 2604, ondernummer 3, p. 2.
- a, b Anne Frank Stichting (AFS), Getuigenarchief, Nussbaum-Klein, Laureen, transcriptie interview Laureen Nussbaum-Klein door Teresien da Silva, 22 februari 2010, p. 13-17.
- ^ Laureen Nussbaum, "Die Prinzessin mit der Nas’. Wiedersehen mit einem verlorengeglaubten Kinderbuch," in: Jüdisches Kinderleben im Spiegel jüdischer Kinderbücher. Eine Ausstellung der Universitätsbibliothek Oldenburg mit dem Kindheitsmuseum Marburg, Band 1, ed. Helge-Ulrike Hyams e.a. (Oldenburg: BIS-Verlag, 2001), 253–256.
- ^ Wikipedia: Emil Bernhard Cohn.
- ^ Wikipedia: Tehuis Oosteinde.
- ^ Arolsen Archives, Index cards from the Judenrat (Jewish Council) file in Amsterdam, Reference code: 01020402 123: Marie A Isaac.
- ^ Arolsen Archives, Ghetto Theresienstadt Card File, Reference code: 11422001 133: Marie Anne Liese Isaac.
- ^ Verslag der Handelingen van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, 1952-1953, 21 oktober 1952, p. 2004.
- ^ Wikipedia: Lau Mazirel; Nationaal Archief, Inventaris Lau Mazirel, toegang 2.18.34: Schütz, Marie Anne-Liese Isaac (geb. 1891 ) vs. Staat der Nederlanden inz. Naturalisatie, 1948-1950 1948-1950.
- ^ AFS, Anne Frank Collectie (AFC), reg. code A_Opekta_III_019.
- ^ In een brief aan zijn moeder schreef Otto over Anneliese Schütz: ‘Frl. Schütz ist ein Dame über 50, sieht fast nichts mehr und ist sehr allein. Darum sucht sie bei mir Anschluss, war Journalistin und hatte immer grosses Interesse an den Kindern. Margot hatte Literaturkurse bei ihr.‘: AFS, AFC, Otto Frank Archief (OFA), reg. code OFA_072: Otto Frank aan Alice Frank-Stern, 1 september 1945.
- ^ Melissa Müller, Anne Frank: de biografie, 5e, geheel herz. druk, Amsterdam: Bert Bakker, 2013, p. 382.
- ^ AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_124: typescript door Anneliese Schütz.
- ^ 'Vervalste Anne Frank', Het Vrije Volk, 4 juli 1959.
- ^ Vertaald uit het Duits: ‘Ich habe mir immer gesagt, ein Buch, das man einmal in Deutschland verkaufen will, kann keine Schimpfworte gegen die Deutschen enthalten.’, in: 'Was schrieb das Kind?', Der Spiegel, 31 maart 1959.
- ^ Anne Frank, De dagboeken van Anne Frank, ingel. door David Barnouw, Harry Paape en Gerrold van der Stroom; met de samenvatting van het rapport van het Gerechtelijk Laboratorium, opgesteld door H.J.J. Hardy; tekstverzorging door David Barnouw en Gerrold van der Stroom, 5e verbeterde en uitgebreide druk, Amsterdam: Bert Bakker i.s.m. het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie, 2001, p. 84; Simone Schroth, 'Translating Anne Frank's Het Achterhuis,' in: Translation and Literature, 23(2), 2014, p. 235-243.
- ^ Vertaald uit het Duits: ‘(...) die Übersetzung durch Frau Schütz im grossen und ganzen als werkgetreu und sinngemäss zu bezeichnen’: Anne Frank, De dagboeken van Anne Frank, ingel. door David Barnouw e.a., 2001, p. 84.
- ^ Ibidem, p. 84.
- ^ AFS, Getuigenarchief, Dotan-van Collem, Martha, transcriptie interview Martha Dotan-van Collem door David de Jong en Teresien da Silva, 5 mei 2009, p. 36-37; Getuigenarchief, Zilversmit-van Collem, Ilse, transcriptie interview Ilse Zilversmit-van Collem door Teresien da Silva, 25 mei 2013, p. 47.
- ^ SAA, Dienst Bevolkingsregister, Archiefkaarten, toegang 30238, inv. nr. 379: archiefkaart M.A.L. Isaac; inv. nr. 1744: archiefkaart L. Randerath.
- ^ AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_085: Otto Frank aan Anneliese Schütz, 26 april 1960.
- ^ Ibidem: Schütz aan Frank, 28 april 1960.
- ^ Ibidem: Frank aan Schütz, 9 mei 1960.
- ^ Ibidem: Schütz aan Frank, 11 mei 1960.
- a, b Het Utrechts Archief, Burgerlijke Stand van de gemeenten in de provincie Utrecht, toegang 1221-1, inv.nr. 1521: overlijdensakten Baarn, 1960, nummer 220.
- ^ AFS, AFC, OFA, reg. code OFA_085.11: Otto Frank aan Lotte van Collem, 4 april 1961 en 4 mei 1961.